Door: Henriette van Wermeskerken
Mediation is volwassen geworden. Het MfN-kwaliteitssysteem werkt uitstekend. De tijd is rijp voor een wettelijke verankering, vinden Judith Simon-Emaus, directeur-bestuurder, en Jos van Oijen, voorzitter van de Raad van Toezicht. Zij laten zien waar MfN nu staat, dertig jaar na het begin.
‘Mensen weten nu zélf de weg naar de mediator te vinden’, zegt Jos van Oijen. ‘Dat is een belangrijk verschil met vroeger, toen mediators vooral in actie kwamen na doorverwijzing door anderen, bijvoorbeeld rechters. Het werd gezien als een alternatief voor rechtspraak. Dat stadium hebben we echt achter ons gelaten. Mediation is een volwaardige vorm van conflictoplossing, en dat wordt gezien. Mensen kiezen ervoor vanwege de kracht van mediation. Als je met respect voor elkaars belangen tot een oplossing komt, gaat het sneller en beter. Bovendien gaat de oplossing lang mee.’
Kwaliteit
Mediation moet wel van goede kwaliteit zijn, merkt Judith Simon-Emaus op. Die valt of staat met de mediators. Judith: ‘MfN is onafhankelijk en staat voor kwaliteit. We zijn geen belangenbehartigers van mediators of van mediatorsverenigingen, maar een onafhankelijke stichting. Wij zorgen ervoor dat afnemers van mediation, en dat zijn er steeds meer, blindelings kunnen vertrouwen op de kwaliteit van de ruim 2.600 MfN-registermediators. Elke MfN-registermediator voldoet aan strikte kwaliteitseisen. Het begint met een geaccrediteerde beroepsopleiding, gevolgd door examinering, beroepsregistratie, verplichte praktijkvoering, permanente educatie (waaronder intervisie) en peer review. Een klacht- en tuchtrechtsysteem is het laatste portaal. Zo hebben we het beroep van mediator ontwikkeld, en zo blijven we het doorontwikkelen. Internationaal gezien loopt Nederland met deze institutionalisering van binnenuit voorop.’
Jos: ‘MfN betrekt het veld door de aangesloten specialisatieverenigingen, die vertegenwoordigd zijn in de Raad van Advies. Zij staan volledig achter het MfN-kwaliteitskader. Als vertegenwoordiger van mediation in Nederland is MfN gesprekspartner van onder meer de Rechtspraak, het Juridisch Loket, de advocatuur, de Raad voor Rechtsbijstand en de Rijksoverheid.’
Belangen
Meer en meer mensen weten de weg naar de mediator te vinden. In sommige zware dossiers wijst de Rijksoverheid mensen die weg, zoals in het Groningse mijnbouwschade-dossier en in de toeslagenaffaire. Jos: ‘Er is een verschuiving van de gedachte: ik heb gelijk, ik ga mijn recht halen, naar het idee: we moeten een oplossing vinden waarbij mijn belangen worden gerespecteerd. Dat is een andere basishouding. Op een familierechtzitting bij de rechtbank kreeg ik onlangs een echtpaar op zitting. Ze waren al vele jaren met een echtscheidingsprocedure bezig. De zaak was vaak aangehouden, er waren bewijsopdrachten gegeven, het duurde allemaal heel lang. Ze hadden kinderen in de basisschoolleeftijd. De zitting ging over de verdeling van de spullen uit de huwelijksgoederengemeenschap. Deze mensen waren niet alleen met elkaar getrouwd, maar ze hadden ook samen een bedrijf. Ter zitting ging ik het gesprek met hen aan. Toen ze het over de gezamenlijke stacaravan hadden, zei de man hoeveel plezier de kinderen daar de laatste vakantie met het hele gezin hadden beleefd. De vrouw wist het nog goed. Die mooie gezamenlijke herinnering deed de vijandige stemming omslaan. In het vervolg van het gesprek bleek dat de ruzies en meningsverschillen eigenlijk vooral gingen over de onderneming die ze samen dreven. Ik zei: is het een idee om eerst als zakenpartners afscheid van elkaar te nemen? Dat hebben ze gedaan, en de rechtbank heeft ze nooit meer teruggezien voor een echtscheiding. Waren deze mensen eerst naar een mediator gestapt, dan hadden ze die echtscheidingsprocedure niet hoeven voeren.’
Onderzoek
‘Wie voor mediation kiest, moet wel over wat zelfredzaamheid beschikken’, zegt Judith. ‘En over zelfreflectie, waarbij de mediator een rol vervult. Dat vraagt best lef. Maar het levert je veel op. Je lost zelf je conflict op, op een duurzame en effectieve manier, want je staat er samen achter.’
De kracht van mediation ligt in de effectiviteit van zowel het proces als de oplossing, vinden Judith en Jos. ‘Mediation laat partijen denken in belangen en laat ze oog hebben voor de belangen van de ander’, zegt Jos. ‘Essentieel is de aandacht voor de onderstroom: de emotie. Dat is een belangrijk verschil met andere vormen van conflictoplossing. Het zorgt ervoor dat partijen zich beter voelen bij de bereikte oplossing, en zich aan de afspraken houden.’
‘Om te weten hoe dat precies werkt, wordt wetenschappelijk onderzoek gedaan naar de effectiviteit van mediation’, zegt Judith. ‘Mediators en verwijzende instanties doen al aan klanttevredenheidsonderzoek. De hoogleraar Mediation aan de Vrije Universiteit, Sven Zebel, vervult onder meer een rol in de inbedding van mediation, geeft onderwijs en doet onderzoek. Juist nu mediation toeneemt, kan de wetenschap nog meer inzicht geven in de effectiviteit van het middel. En daarnaast in de kansen en mogelijkheden die er nog liggen. Daar zijn we dus ook mee bezig, samen met ketenpartners.’
Centraal mediatorsregister
Mediation is inmiddels maatschappelijk goed ingebed, maar dat zou nog beter kunnen, vinden Judith en Jos. ‘Het kwaliteitssysteem functioneert al dertig jaar goed. Als privaat label. Eén uniform kwaliteitskader voor alle mediators, waarbij specialisatieverenigingen extra eisen kunnen stellen. Om te garanderen dat dat zo blijft, helpt een wettelijke verankering’, zegt Jos. Judith: ‘De tijd is rijp voor een centraal, wettelijk geregeld mediatorsregister. De beroepsgroep van mediators kenmerkt zich door diversiteit. Er spelen ook allerlei commerciële belangen. MfN is het enige onafhankelijke boegbeeld voor kwaliteit. Het is dan ook niet voor niets dat Tweede Kamerlid Ellian (VVD) en voormalig Tweede kamerlid Knops (CDA) in hun motie de regering hebben gevraagd het MfN-register als uitgangspunt te nemen voor een centraal mediatorsregister. De uitvoering van de motie is inmiddels ter hand genomen. De contouren van een wettelijk register tekenen zich af. We zijn blij met de inspanningen van alle betrokken medewerkers en de ministers in dit dossier, waarin wij als MfN vanaf het begin hebben meegedacht en meegesproken.’
Wettelijke basis
‘We zijn inmiddels een volwaardige beroepsgroep, net als psychologen, advocaten, accountants en notarissen’, zegt Judith. ‘Ik noem MfN wel eens ‘de orde van mediators’. Het is een publiek belang dat iedereen kan vertrouwen op een uniform en transparant kwaliteitskader. Een wettelijke basis geeft mediation de plek in de maatschappij die het verdient. Ik zie het als de strik om de bewezen kwaliteit.’
Judith Simon-Emaus (1980) is directeur-bestuurder van MfN. Zij studeerde Nederlands Recht aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Haar onderzoek ‘Belangen in civiele procedures en in mediation’ werd de aanzet tot het boek ‘Het belang van belangen’. Zij was betrokken bij de implementatie van mediation naast rechtspraak en rondde een mediationopleiding af waarna een tussenstap in een togaberoep volgde. In 2011 besloot Judith zich volledig toe te leggen op de inbedding van mediation in de samenleving en in het bijzonder de kwaliteit van de beroepsgroep mediators. Jos van Oijen (1956) is sinds dit jaar voorzitter van de Raad van Toezicht van MfN. Hij was rechter van 1994 tot zijn pensioen eerder deze maand en treedt nu op als rechter-plaatsvervanger. In de rechtbank Zeeland-West-Brabant behandelt hij familierechtelijke zaken. Daarnaast is hij sinds 2014 zelfstandig MfN-registermediator. Behalve in de rechtspraak en in het hoger onderwijs heeft Jos brede ervaring opgedaan in bestuurlijke en toezichthoudende functies op cultureel, sociaal-maatschappelijk, onderwijs- en politiek/bestuurlijk terrein. |
Lees ook het interview met Paul Walters en Jan Goossens over het ontstaan van MfN (NMI), ‘Duizend bloemen en één kwaliteitsregister’, in de vorige MfN-nieuwsbrief. Begin volgend jaar in de MfN-nieuwsbrief: een interview met hoogleraar Sven Zebel over de toekomst van MfN. |