Per 1 januari van dit jaar is de regelgeving voor de MfN-registermediator gewijzigd. Voor de inhoud van de wijzigingen verwijzen wij u naar het bericht dat in 2019 naar alle MfN-registermediators is gestuurd. Naar aanleiding van de aankondiging van bovengenoemde wijzigingen heeft het MfN-bureau enkele vragen ontvangen over artikel 7 van het MfN-Mediationreglement: de vertrouwelijke status van de eindovereenkomst.
In hoeverre is bij het opstellen van het nieuwe MfN-Mediationreglement rekening gehouden met mediations waarbij de eindovereenkomst juist niet onder de vertrouwelijkheid dient te vallen?
Wat betreft de vertrouwelijke status van de eindovereenkomst dient artikel 7 in combinatie met artikel 10 van het MfN-Mediationreglement gelezen te worden. Artikel 7 en 10 en de bijbehorende toelichtingen zijn in de vernieuwde regelgeving verduidelijkt, in die zin dat er geen ruimte is voor verschillende interpretaties over de vertrouwelijke status van de eindovereenkomst. Het uitgangspunt is dat de mediator er zorg voor draagt dat partijen gezamenlijk en op schrift bepalen in hoeverre (de inhoud van) de af te sluiten overeenkomst vertrouwelijk is (artikel 10 lid 3). Indien er om wat voor de reden dan ook geen afspraken worden gemaakt over de vertrouwelijke status van de eindovereenkomst, dan geldt dat de eindovereenkomst in beginsel vertrouwelijk is.
In sommige praktijkvoeringen is het juist van belang dat (de inhoud van) de eindovereenkomst niet onder de vertrouwelijkheid valt en gedeeld moet kunnen worden met anderen. U kunt hierbij bijvoorbeeld denken aan de echtscheidingspraktijk waarbij het convenant en het ouderschapsplan overlegd moeten worden aan de rechtbank. Of bijvoorbeeld mediations in strafrecht, waarbij de eindovereenkomst wordt toegevoegd aan het dossier en zo ter kennis komt van het OM, de rechter, en bij openbare zittingen zelfs in te zien voor het publiek.
Voor u als mediator is het dus van belang dat u met partijen duidelijk afspreekt wat de vertrouwelijke status is van de eindovereenkomst. Indien het in uw praktijkvoering van belang is dat de eindovereenkomst (gedeeltelijk) openbaar wordt gemaakt, leg dit dan gezamenlijk en op schrift vast.